Theo van Gogh is vanmorgen in Amsterdam-Oost vermoord. In de buurt van de moord maakten bewoners zich vanmorgen zorgen over de verhouding tussen allochtonen en autochtonen.
Door een onzer redacteuren
AMSTERDAM, 2 NOV. Rond kwart voor negen fietst Theo van Gogh op de Linnaeusstraat in Amsterdam als hij wordt ingehaald door een man op een fiets. Die schiet hem meteen neer. Van Gogh roept volgens een ooggetuige nog: ,,Doe het niet, doe het niet''. Hij bereikt lopend de overkant van de weg. Daar wordt hij door dezelfde man beschoten, meerdere malen. Hij overlijdt ter plaatse.
Van Gogh was volgens co-producent Gijs van de Westelaken op weg naar zijn kantoor, Column Producties aan de Van Breestraat. Daar werkte hij aan zijn film 0605, over de moord op Pim Fortuyn. ,,Dat lijkt een treffende parallel te worden'', zegt Van de Westelaken.
De verdachte vlucht na zijn daad het Oosterpark in, dat door de politie inmiddels is afgezet. Bij de uitgang aan de Mauritskade ontstaat een vuurgevecht tussen de politie en de verdachte. Daarbij raakt een agent gewond. De kogel boort zich in zijn kogelvrije vest. De schutter wordt in zijn been geraakt en overmeesterd door de politie.
Volgens buurtbewoners heeft de dader, na Van Gogh te hebben neergeschoten, een mes, volgens sommigen twee messen, in de borstkas van het slachtoffer geplant, met daaraan een papier met een tekst. Onder het witte laken dat de politie over het lijk heeft gelegd is rond een uur of tien in ieder geval een puntig voorwerp zichtbaar dat een mes zou kunnen zijn. Het lijkt vrij groot en bevindt zich ter hoogte van de borstkas. De meeste buurtbewoners die in de Tweede Oosterparkstraat staan ontlenen hun kennis aan de verklaringen van een jonge vrouw die de moord heeft gezien en daarop - in de waan dat de dader haar achterna kwam - een loodgieterszaak op het Kastanjeplein is binnengerend, op ongeveer 200 meter van de plaats van de moord. Volgens haar verklaringen zou het gaan om een man met een donker uiterlijk, die als eenling optrad. Andere buurtbewoners bevestigen dat.
Paul Vreuls bracht net zijn dochtertje naar school toen hij rond kwart voor negen in de buurt van de Mauritskade schoten hoorde. ,,Ik wilde er naartoe, maar gelukkig was mijn dochtertje de verstandigste. ‘Nee, nee papa, ik wil niet dood', zei ze. Toen ben ik zo ver mogelijk weggefietst.''
Aan de andere kant van de straat, op de brug bij de 's Gravesandestraat en de Mauritskade, staan Hajar (15), Fadona (14) en enkele andere Marokkaanse meisjes. Ze zitten op het naastgelegen Amstel Lyceum. Even verderop ligt op het asfalt een politiemotor van een motoragent die de achtervolging inzette op de verdachte.
Ze hebben net een docente gesproken. Zij had de twee daders gezien. ,,De kogels vlogen haar om de oren'', zegt Fadona. ,,Ik wist niet eens wie Van Gogh was'', zegt Fadona. De andere meisjes kunnen zich hem ook maar moeizaam voor de geest halen, maar ze hebben wel van de film gehoord die Van Gogh deze zomer met het Kamerlid Ayaan Hirsi Ali maakte, en waarin een gesluierde vrouw halfnaakt te zien is.
Abdel Haddedi, conciërge van het Amstel Lyceum, heeft Van Gogh zien liggen. ,,Hij had twee messen in zijn lichaam'', zegt hij in gebroken Nederlands, gebarend naar de hartstreek en de buik. Volgens hem zaten er briefjes aan de messen bevestigd. ,,Binnenkort worden we allemaal het land uitgegooid'', zegt Aywerk, een vwo-scholier van Turkse afkomst. Hij heeft inmiddels gehoord dat de verdachte een moslim is. Aywerk zegt angst te hebben dat de moord de verhoudingen tussen allochtonen en Nederlanders zal verscherpen. ,,Het wordt steeds erger hier. Vooral sinds 11 september vind ik het hier niet meer leuk. Na mijn studie zeg ik: ‘Dag Nederland, bedankt voor de opleiding, ik ben weg!'''
Toch mocht hij Van Gogh wel, zegt Aywerk. ,,Hij was wel beledigend, maar ook grappig. Het is niet aan ons om iemand te doden. Als hij iets heeft misdaan moet hij zich voor Allah verantwoorden op de Dag des Oordeels.''
Maryam (17), havo-scholier van Marokkaanse afkomst, valt hem bij. ,,Hij had zijn mening, die mocht hij uitspreken, ook als hij de islam beledigde.'' Zij zegt bang te zijn dat Marokkanen collectief de schuld van de moord krijgen. Ook zij vindt de sfeer in Nederland onaangenaam worden. ,,Of het erger wordt? Kijk naar de gezichten van de Nederlanders, zou ik zeggen. Net riep een man ‘vuile @!#$-Marokkanen' toen hij langs liep.'' Geen verhitte discussies in de Marokkaanse Al Kabir-moskee aan de Weesperzijde, zo'n een paar minuten op loopafstand van de plek Theo van Gogh is vermoord. De moskee maakt zich op voor het middaggebed. De gelovigen druppelen een voor een de moskee binnen. ,,Moord?'' Het doodsbericht heeft velen nog niet bereikt.
,,De meeste mensen hier zijn niet de politiek bezig,'' zegt een andere bezoeker. ,,Zij weten niet eens wie Van Gogh is.'' Hij wel. Zojuist heeft hij vernomen dat Van Gogh is overleden. ,,Tjonge, wat een toestand!.'' De moslim, die zijn naam niet wenst te noemen, zegt te weten dat Van Gogh zijn religie zo nu en dan meedogenloos aan- en afviel. ,,Dat is toch nog geen reden voor een moord.'' De man klaagt over gebrek aan kennis over zijn religie, bij jonge moslims en bij critici. ,,Iedereen roept maar wat. De islam is een vredige religie. De islam keurt zo'n laffe moord af.''
Bron: http://www.nrc.nl/binnenland/artikel/1099379146898.html